zaterdag 8 december 2012

Bewustzijn

Elke keer dat we ons met woede identificeren als 'ik', of met twijfel en schuldgevoelens als zou dat zijn wie we werkelijk zijn, onderdrukken we die stemming en kunnen daardoor niet dieper gaan. Altijd als je iets 'ik' noemt, houd je daar op. Zo ver ga je en niet verder. Daar stap je uit de lift. Maar als je je openstelt voor die woede, als je die woede gewoon laat bestaan, ga je dieper. Je begint de ruimte te ervaren waarbinnen deze dingen opkomen en waarin ze ook weer oplossen. Dat moment is geen moment van woede, maar een moment van helder bewustzijn. En dan identificeer je jezelf ook niet langer totaal met die woede. Dan sla je die woede gade, maar je verliest jezelf er niet meer in. We zien deze verschillende gemoedsstemmingen niet langer als 'ik' en beginnen ons open te stellen voor de ruimte, de totaliteit waarbinnen deze stemmingen ontstaan: een niet veroordelende, verrukkelijk genadevolle ruimte in het hart, waartoe we vrijelijk toegang hebben, die zich niet vastklampt aan de dingen die in het verstand opkomen en deze ook niet veroordeelt. Die ruimte is de essentie van het verstand. Deze noemt zichzelf niet Susan, Fred, Ondrea of ik. Het is de ruimte van de 'is-heid' zelf. Het is de wortel van datgene waarnaar we verwijzen als we het over 'ik' hebben. Het is het bewustzijn dat we ten onrechte 'ik' noemen. Stephen Levine
Warme groet Jeltje

Geen opmerkingen:

Een reactie posten