De houding tegenover sterven en dood heeft in de loop van de eeuwen in de westerse wereld wijzigingen ondergaan.
Tot ongeveer de twaalfde eeuw waren mensen vertrouwd met sterven en dood, omdat dit deel uitmaakte van het dagelijks bestaan. Men deed geen poging de dood te ontvluchten.
Het sterven was een openbaar ceremonieel, waaromheen zich tal ven rituelen afspeelden. De kamer of de ruimte waar de stervende zich bevond, was een publieke plaats, waar iedereen ongehinderd binnen kon komen. Essentieel was dat de familie, buren, en anderen aanwezig waren. Een sterf-scene zonder aanwezigheid van kinderen was zelfs ondenkbaar. De dood was voor ieder mens een lotsbestemming. De mensen leefden in het bewustzijn dat met de dood de eigen persoonlijkheid niet verloren ging, maar juist tot rust kwam..
Vanaf de middeleeuwen onderging de houding tegenover sterven en dood een reeks van veranderingen. In het westen kwamen dood en sterven in het teken te staan van het laatste oordeel dat over de mens werd geveld. Het sterven kreeg daardoor een meer emotioneel karakter. De angst voor de dood, de vrees voor het laatste oordeel beïnvloeden de omgang met het sterven. Daarmee veranderde echter niet de vertrouwdheid met het sterven. Ook als men stervende was ging het gewone leven door; men bleef thuis bij de familie. Generaties woonden samen in het zelfde huis. Ook kinderen waren nog steeds bij het sterven aanwezig.
Een verhaal uit 1833 geeft iets van die vertrouwdheid weer:
“ Kom Willem,” riep hans zijne moeder, “Nader onbevreesd en zie nu eens wat dat getik veroorzaakt”. Hierop ging zij vertrekje in en stond bij de kist. “Kijk hier jongen” , vervolgde zijne moeder, “daar lekken droppels uit de kist, die op de stenen vloer vallen, hoor maar: tik,tik. Dat water komt uit grootmoeders lichaam, het geen niet te verwonderen is daar de vrouw zeer dik was toen zij stierf; dat is nu, waardoor gij geschrokken zijt. Willem, ge kunt rustig gaan slapen, er is immers niets bijzonders aan de hand.
In de twintigste eeuw hebben onder andere medisch-wetenschappelijke ontwikkelingen er toe geleid dat de behandeling, verpleging en verzorging van ernstig zieken voor overgroot deel in ziekenhuizen en verpleeghuizen zijn gaan plaatsvinden.
Vooral tussen 1935 en 1950 trad daarin een versnelling op. Deze instellingen werden veelal de plaats waar het leven werd afgesloten, in plaats van tussen familieleden, vrienden of buren. Als gevolg hiervan zijn sterven en dood los komen te staan van het dagelijkse leven en kregen ze het karakter van onnatuurlijke gebeurtenissen in het leven van de mensen. De dood werd dramatischer, en raakte met spanning en onzekerheid beladen.De aanvaarding van en dood als deel van het leven werd daardoor moeilijker. Sterven en dood waren niet meer gewoon en mensen wisten minder raad met hun houding als iemand uit hun directe omgeving stierf. Veel mensen stierven in eenzaamheid, geïsoleerd van alles wat het vertrouwd was. Steeds minder mensen kwamen in aanraking met het verdriet, het lijden en de onzekerheden die gepaard gaan met het sterven en met het besef dat de dood nadert.
In die periode waren sterven en dood in het algemeen onderwerpen waarover steeds minder in het openbaar werd gesproken, alsof ze uit de openbaarheid waren verbannen en teruggebracht achter muren van de ziekenhuizen.negen van de tien mensen stierven in de jaren zeventig nog in een ziekenhuis.
Maar eind jaren zeventig komt er wel langzamerhand een verandering op gang. Geleidelijk dringt het besef door dat sterven en dood bij het leven horen. Steeds meer mensen willen thuis sterven, als ze weten dat ze ongeneselijk ziek zijn. Thuis sterven in de eigen vertrouwde omgeving. Ook komt steeds meer aandacht voor de begeleiding van de stervende, en het verwerken van verdriet en onzekerheid. De massamedia, zoals radio en televisie, brengen programma’s over sterven en dood, in de huiskamers. Programma’s die bedoeld zijn om deze onderwerpen in de samenleving bespreekbaar te houden, en om te laten zien dat sterven ook een levens-verrijkende ervaring kan zijn voor de stervende en familie.
Bron:cursus voor vrijwilligers.
VPTZ zuidwest Friesland.
Mooi dit zo eens te lezen lieve Jeltje hoe de beleving door je jaren heen door de geschiedenis heen steeds weer veranderd tov dood en sterven.
BeantwoordenVerwijderenliefs Karel
Jazeker karel, vandaar ook een nieuw tak in de zorg: palliatieve 'geneeskunde', deze tak is volop in ontwikkeling, vooral in een hospice. maar daarover t.z.t een nieuw stukje ;-))
BeantwoordenVerwijderenLiefs jeltje